maandag 24 maart 2014

Omrijden.





Met de huidige situatie in Den Haag moet ik terug denken aan het bezoek van de paus aan Jeruzalem in 2000.

Op dat moment woonde ik daar en wat ondervonden we een hinder in het verkeer ver voor zijn komst.

De straten werden vernieuwd en lagen open en de bussen moesten iedere dag een flinke omrit maken.

Omdat het verkeer langs één weg werd geleid was het telkens een flinke oponthoud.

Ik heb wat gemopperd op de komst van die man.

Thanks to the Pope.

Nu de nucleaire top in Den Haag ons aan de buis doet kleven, horen we 

commentaren van inwoners. 

Omleiding en allerlei hinder vanwege zware beveiligingsmaatregelen.

Een tram die tot staan is gebracht, omdat er een verdacht pakketje werd gesignaleerd.

Tjonge, weet je dat dit dagelijkse kost was en misschien nog is in Jeruzalem?

Maar de komst van the Pope was niet alleen nadelig.

De ouders van onze kindertjes waren niet erg bekend met de man.

Een vader vroeg of ik ook in hem geloofde.

Ik vertelde hem dat ik niet in een mens geloof.

Maar jij gelooft in Jeshua en dat is toch een mens?

"Nee, Hij is God" antwoordde ik

Toen kwam de vraag of ik echt geloofde dat Hij uit een maagd was geboren.

Dat ze dat vroeger geloofden was nog daar aan toe.

Maar wij moderne mensen wisten toch wel beter.

Ik antwoordde hem dat hij wist wie de Geest was en dat Hij tot leven wekt.

En deze Geest had Jeshua verwekt.

Het gezicht van de jonge vader van het diep gehandicapte jongetje veranderde.

Als Jeshua de Messias was en deze was er al geweest, had Alyn niet bestaan.

Dan waren al die kindjes gezond en was alles goed.

Ik had geen woorden, want wie kan ten diepste voelen wat deze Joodse vader doormaakt?

Toen ontvingen we een blijdschap, nadat we concludeerden dat als 

Zijn Messias zou komen en mijn Messias weer zou komen, we elkaar aan zouden stoten 

en tegen elkaar zouden zeggen Hey thats My Messiah.

Op dat moment deelden we iets gemeenschappelijks en dat heeft altijd een band tussen ons gegeven.

Antwoorden heb je niet altijd, er is meer dan de rede kan begrijpen.

Ik neem mijn petje af voor de ouders van de kindjes.

Voor hun kunnen we rustig eens omrijden.

@Hart tot Hart.

vrijdag 21 maart 2014

Shabbat Shaloom.


Vrijdag. 

Iedereen wenst elkaar Shabbat Shaloom. Op straat, op je werk.

Je wordt er zo blij van. 

Vrijdagsmiddags is het druk in de winkeltjes.

En een kakafonie van kleuren geuren en geluiden op de markt. 

Men rent en draaft.

Met de eeuwig witte plastic draagtasjes in de hand, waarin allerlei lekkers verborgen zit.

Want de shabbatsmaal is een feestmaal en daar wordt voor ingekocht.

We hebben tijd tot aan zonsondergang. Dan moet alles in gereedheid zijn.

In Jeruzalem gaat er een sirene, die de shabbat inluidt.

De bussen stoppen voor die tijd en worden half op de stoep gezet.

Tenminste zo was het in 2000.

En dan daalt de rust neer. 

Niet zomaar een rust, zoals we hier op Zondag vinden.

Het was echt een rust waarin de Here God  voelbaar was.

Aan het einde van een drukke werkdag ging ik vaak een half uurtje liggen en daarna kleedden we ons mooi aan.

Lange rokken waren heel gewoon.

Doordat we op straat veel trappen op en af moesten, droegen we onder onze mooie rokken 

sportschoenen. 

Op shabbatavond ging ik naar twee Nederlandse vrouwen.

Lopend door de straten hoorde ik de geluiden uit de huizen komen.

Gezang, gepraat en gelach van volwassenen en kinderen.

Wat was ik dankbaar dat ik een onderdeel van dit feestelijke gebeuren mocht zijn.

We aten samen, zegenden het brood en de wijn. We spraken de week door.

Daarna zongen we liederen en baden voor Israel en ons werk en onze geliefden thuis.

En dan was het tijd voor Scrabble.

Op weg naar huis kwam ik Orthodoxe Joodse gezinnen tegen die aan de wandel waren.

Wat heb ik lang in Nederland op vrijdag dat feestelijke gevoel gehad.

Ik wenste mijn geliefden Shabbat shaloom.

Ik wens jullie het ook vandaag. 

Shabbat shaloom.



Fragile Wing.




Gisteren vertelde ik over de verwerking van seksueel misbruik.

Met veel aarzeling heb ik dat gedaan en een aantal keren heb ik het willen verwijderen.

Toch moet dit verhaal blijven staan.

Het helpt om God's grootheid te laten zien.

Hij is in staat om wat ten kwade bedoeld was om te buigen tot iets goeds.

Hem komt alle glorie toe.

Fragile Wing.

Kwetsbare vleugel.

Waar denk je dan aan? In ieder geval aan zacht en voorzichtig.

Aangeraakt worden door zo'n vleugeltje word amper gevoeld.

In de winkel worden we weleens per ongeluk aangeraakt en een verontschuldiging volgt dan.

"Sorry hoor."

En het stelde echt niets voor.

Zou met het omheinen van onze tuinen, ook de angst voor aanraken binnengeslopen zijn?

Aanraken. Wat je mond niet vertelt, kunnen handen doen.

Tahilla werd veel aangeraakt.

Ze werd gedraaid, verschoond, gewassen, gekleed, gemasseerd.

Maar vertelden die handen dat ze een speciaal meiske was?

Vertelden die handen dat haar ziel bijzonder was en dat die woonde in haar beperkt jasje?

Een jasje die de aandacht nodig had van professionals.

Een Fragile Wing kwam aangevlogen en fluisterde me dat in het oor.

Ze had meer aandacht nodig.

Dus ging ik buiten mijn werk om naar de afdeling en zette een stoel naast haar bedje.

Ik nam haar op schoot.

Met aandacht vertelden mijn handen dat ze bijzonder was en geliefd.

We zongen zachtjes. Zij in haar binnenste en ik in mijn buitenste.

Weet je dat is Zegenen.

En de zegen die je geeft mag je zelf ontvangen. 

Want God liet Zijn Aangezicht over ons lichten.

Fragile Wing.

@Hart tot Hart.



donderdag 20 maart 2014

In Jeruzalem zul je getroost worden.





Als je als buitenlander in Israël woont en werkt,  krijg je vaak de vraag

"Where do you come from?"

Vervolgens de vraag wat je in het land doet.

En als ze de tijd hebben, zoals bv in een taxi of tijdens je werk, 
waarom je hebt besloten om juist naar Israël te gaan.


De eerste keer is het even nadenken.  

Vooral over de vraag waarom je nu juist Israël hebt gekozen..

Mijn uitleg was bescheiden. 

"Tijdens de verwerking van een deel van mijn geschiedenis werd ik gelinkt aan de jouwe."

 Hier een uitgebreidere uitleg.

In de periode dat ik het seksueel misbruik in mijn jeugd aan het verwerken was, 

had ik sterk de behoefte om de dader met zijn gedrag te confronteren.

Een aantal argumenten dreven me daartoe. 

In de eerste plaats had ik het nodig om de verantwoordelijkheid te  leggen daar waar die hoorde.

Als overlevende heb je de neiging de schuld bij jezelf te zoeken. 

Ik zal wel dit en ik zal wel dat, want anders was het niet gebeurd.

Zelfs kun je denken, als ik maar een jongen was geweest dan...

In de tweede plaats had ik verwacht dat de rest van het gezin naar me toe was gekomen.

En dat ik er weer helemaal bij mocht horen.

Niets was minder waar. 

De dader zwoer met de hand op de Bijbel, dat hij dit niet had gedaan.

Mijn familie keerde zich van mij af. 

Nog voel ik de wanhoop, waar ik in belandde. 

Ik had  geen zin meer om nog verder te leven.

Relatie is toch waar het om draait?

De volgende dag werd ik aan het denken gezet. 

Ik werd aan het denken gezet door de God van Abraham, Izaäk en Jacob.

Hij liet me denken aan mijn oudste broer (Bijbels gezien) Israël. 

Hele familie's hebben ze verloren. 

Door onrecht en terwijl de as van de verbrandingsovens in de haren van de omstanders waaide zeiden deze nog : " Wir haben es nicht gewusst."

Mijn wanhoop verdween. Ik had een nieuwe familie.

En dat is nooit meer weggegaan.

Ik wil tegen jou zeggen,  jij die troost mist, herkenning voor je verdriet zoekt.

Voor al het onrecht wat je overkomt. Voor de leugens, die over je vertelt worden.

Voor het feit dat je goed doet en mensen beweren het tegendeel.

Verdiep je in het volk Israël en je zult bemerken dat jouw verdriet met de hunne vermengd gaat worden.

De tranen die je huilt om hun, zullen je eigen tranen gaan raken.

En de troost waarmee je hun vertroost zal ook jezelf vertroosten.

Want zegt de Here 

Zoals een moeder haar zoon troost,
zo zal Ik jullie troosten
In Jeruzalem zul je getroost worden. Jesaja 66:13

@Hart tot Hart.



dinsdag 18 maart 2014

Onderscheiding.


Vandaag wil ik vertellen over een krachtige prachtige vrouw.
Ze zat in een rolstoel. Daar zat ze in, omdat ze besmet was door een polio-patientje.

Ze had zelf polio gekregen en was niet meer in staat om te lopen.

Hoe zullen we haar noemen?(1)

Ze zou Mara kunnen heten, want er was haar veel bitterheid aangedaan.

Laten we haar Deborah noemen wat betekent "honingbij of de ijverige"

Deborah was een Nederlandse Jodin. Ze was al op leeftijd.
Niet oud, want daarvoor was ze nog te levenslustig.

Maar wel op die leeftijd dat ze de oorlog aan de lijve had ondervonden.

De onderscheiding was te lezen op haar onderarm. 
 Voor wie niet helemaal begrijpt, wat deze onderscheiding inhoudt: 
Je kreeg een nummer in je arm gebrand, als je in een concentratiekamp zat.

Deborah had in een concentratiekamp gezeten en had het overleefd.

Wat  maakte dat telkens weer indruk als ik dat nummer zag.

Deborah kwam een paar keer per week naar Alyn.

Ze deed als vrijwilliger administratief werk

En wat voor ons heel belangrijk was, ze gaf les in de ziektebeelden van de patiëntjes.

Als nurse wist ik al een heleboel. 

Maar voor mijn gevoel toonde ik respect door goed op te letten en haar na die tijd te bedanken

 voor de zinvolle tijd.

Want vanuit de behoefte om haar iets te geven was dat echt zoeken.

Er was een voelbare kwetsbaarheid bedekt met een harde schil.

Nu las ze  al jarenlang het weekblad de Libelle.

Ze was één van de eerste abonnees.

In de tijd dat ik in Israël was, mocht ik ze van haar lenen.

Toen ik weer naar Nederland vertrok, vertelde ze me dat ze nooit een gouden Libelle had gekregen.

Een onderscheiding die je wordt  verleend, als je al zolang abonnee bent.

Eenmaal terug ben ik in de pen geklommen en het resultaat was, dat ik een bedankbrief van Deborah kreeg.

Ze had haar gouden Libelle gekregen.

Lieve Deborah, je bent een voorbeeld voor ons allemaal.

Je liet je niet overmannen door bitterheid.

Als honingbijtje bleef je ijverig en verspreidde je het stuifmeel op je vleugeltjes.

Zodat de wereld om je heen bevrucht kon worden met jouw aanwezigheid.

We zijn nu 14 jaar verder. Je bent er, denk ik, niet meer.

De onderscheiding, het nummer op je arm, kon niemand van je afnemen.

Maar nu is hij weggenomen door de Man, Die de littekens in Zijn Handen draagt.

De Man zonder zonde, Die één was met jouw volk en met jou.

Ik buig mijn hoofd in eerbied. Voor jou en deze Man.

Veel liefs van 

@Hart tot Hart.

(1) Om de privacy te bewaken wordt er een andere naam gegeven..


D

maandag 17 maart 2014

Bellen blazen.


Het is shabbat. 
De meeste collega's zijn vrij.  
Door de week is het een drukte van belang rondom de kinderen.
De fisiotherapie, de ergotherapeut, de doktoren maken hun ronde en de speltherapeut komt langs.

Maar op shabbat is er rust. 
Ik, als gelovige uit de heidenen, werk op shabbat en ben op zondag vrij.

Het eten is op vrijdag gekookt en ook in de eetzaal is het rustig.

Dus is er tijd na de dagelijkse zorg voor een spelletje.
 Ik zet de meisjes in een kringetje. 

Twee vriendinnetjes, een Joods en een Arabisch meisje zijn nieuwsgierig. 

Ook Tahilla zet ik in het kringetje.

Er wordt heftig nee geschud en met de tong geklakt. 

Dat betekend dat zij niet mee mag doen.

Het zijn normale kinderen, die duidelijk hun voorkeur hebben.

Ik treed streng op. Als Tahilla niet mee mag doen, gaat het feest niet door.

Aan de gezichtsuitdrukking zie ik dat de kleine dames zich erbij neer leggen.

Vooruit dan maar.

We gaan bellen blazen.

Nu is dat een hele kunst als je aan de beademingsmachine zit.

Soms gaat er een klein teugje lucht via je mondje en kun je een beetje praten.

De twee dametjes kunnen dat. Tahilla niet.

Geen probleem. Ik houd de bellenblaas voor hun mondjes en er wordt een keurige kleurige bel geblazen.

Het Arabische meisje Dahlia beweegt haar lijfje van plezier.

Bij Tahilla ga ik dicht met mijn hoofd naar haar toe.
Ik blaas de bel zover dat hij bijna knapt. 
Dan houd ik hem voor haar mondje en blaas hem stiekempjes stuk.

Joffie!!wordt er geroepen.... kollekavot.!!!

Wat zijn jullie toch keien, meiden!!!

Keien in wat jullie me hebben gegeven.

@Hart tot Hart.



Troost troost Mijn Volk.


 Troost, troost mijn volk, zegt uw God. 
 Spreekt tot het hart van Jeruzalem, roept het toe, dat zijn lijdenstijd volbracht is, dat zijn ongerechtigheid geboet is,
 dat het uit de hand des HEREN dubbel ontvangen heeft voor al zijn zonden. Jesaja 40:1

Graag vertel ik over mijn periode in Israël.
Over het werk met mijn kleine helden. 
In die verhalen wil ik vooral God de eer geven. 
En ik hoop dat dat er door mag klinken.
Doordat ik vroeger geen kind kon zijn en deze periode 
moest verwerken, het mij gevormd heeft, was ik in staat om dit mooie en moeilijke werk te doen.
Het is me opgevallen dat God juist diepverwonde en geheelde mensen roept om Zijn Geliefde volk te troosten.
Wie anders begrijpt hun beter? 
Begrijpt hun wantrouwen, hun uitingen vanuit voortdurende aanslagen en trauma's door de eeuwen heen?
Wie begrijpt hun humor en overlevingsdrang?

Wie begrijpt hun drang om de wet te houden?
Het is mij zo lief dit kostbare volk...
Door hun heb ik geleerd wat onvoorwaardelijke liefde inhoud.
Ik ben niet blind voor hun onvolkomenheden net zo goed als ik niet blind ben voor de mijne.
Maar ik ben geliefd en heb lief.

De laatste avond, voordat ik naar weer Nederland vertrok.
Het staat in mijn geheugen gegrift.
Ik reed met een bewoner van het ziekenhuis door de straten van Jeruzalem.
De lichten flitsten voorbij.
De radio liet een lied horen en vertelde aan Israël wat ik voor hun voel.

Luister je mee? 
En kun je het met me mee zingen voor hun? 
Ze hebben het zo nodig.....
.



@Hart tot Hart.